Diarree en koliek door zand komt in herfst en winter regelmatig voor. Meestal een gevolg van langere tijd opname van kleine beetjes zand. Alhoewel sommige paarden weleens echt happen zand eten, komt het meeste zand onbedoeld met het voer binnen. Een beetje zand leidt niet tot klachten, maar een ophoping van zand is een serieus probleem. Vandaar dat wij, als paardenhouders, verantwoordelijk zijn om onze paarden zodanig te huisvesten en te voeren, dat we dit kunnen voorkomen.
Een beetje zand kan geen kwaad
“Zand schuurt de maag” werd er vroeger tegen je geroepen als je klaagde dat er wat zand op je boterham zat. Waarmee bedoeld werd “Ach, een beetje zand “schoont” de boel wat op en kan geen kwaad” (oftewel, eet je boterham maar gewoon op 😀).
Een beetje zandopname is bij je paard ook niet te voorkomen. Paarden in de wei krijgen zeker geregeld zand binnen. Het gras zal niet 100% schoon zijn. De mate van zand opname in de wei is afhankelijk van de lengte van het gras, de bodem en het weer. In ruwvoer komt ook weleens zand voor. In droog hooi valt dit er wel uit. In wat vochtiger voordroog plakt het juist vast. Dit is minder gunstig. Zo kan meer zand in het paard terecht komen. Zand in voordroog geeft ook meer kans op broei en schimmel en dus bederf van het voer.
Preventie tegen zandproblemen: vezels
Er zijn meerdere redenen waarom paarden vezels moeten eten. Voor het kauwen, het gelijkmatig afslijten van de kiezen, de productie van speeksel, de gezondheid van de darmflora én voor de darmbewegingen. De twee laatste redenen spelen een rol in het verwijderen van zand uit de darmen. Een gezonde en uitgebreide darmflora in de blinde- en dikke darm zorgt voor een gezonde darm. Een gezonde darm en zeker darmwand is cruciaal voor het instant houden van het juiste interne milieu en absorptie van voedingsstoffen.
De bewegingen van de darmen zijn niet alleen bedoeld om het voer van voor naar achteren te transporteren, maar ook om het goed te vermengen met de darmsappen en met de darmbacteriën. Vezels zorgen voor al deze noodzakelijke processen. Vezels zorgen voor een goede menging, transport en gezonde darmflora. Het gevolg is dat het voer en dus ook het zand, continu door elkaar gehusseld worden en dat uiteindelijk de onverteerbare delen plus het zand als mest het paard verlaat.
Uit balans
Tijdelijk minder darmbewegingen of een minder gezonde of gevulde blinde en dikke darm kan tot problemen leiden als het paard weinig vezels en veel zand eet. Het een kan ook met het ander te maken hebben. Als de weide kaal wordt of als het modderig is en het gras veel zand bevat, krijgt het paard meer zand binnen. Kort gras is minder vezelrijk. Er ontstaat een disbalans tussen een minder goede darmwerking, minder darmflora en meer zand. Gevolg is dat de darmen de darminhoud onvoldoende mengen. Zand is zwaarder dan de darmflora en zakt letterlijk naar beneden. Zand schuurt en beschadigt de darmwand. De darmbewegingen worden nog minder en het transport van voedingsstoffen door de darmwand ook. Dit alles heeft gevolgen voor het fermentatieproces. De klachten zijn verschillend en kunnen variëren van een zandverstopping, diarree, mestwateren of koliekaanvallen.
Zandopname vermijden
Een honderd procent zandvrij bestaan is voor paarden niet mogelijk. Maatregelen nemen om de zand opname te beperken en de vezelopname te optimaliseren zijn het allerbelangrijkste om problemen te voorkomen.
Onderzoek leert dat voldoende ruwvoer leidt tot meer dan 70% uitscheiding van het opgenomen zand. Voldoende ruwvoer is minstens 1,25 kg droge stof ruwvoer per 100 kg lichaamsgewicht per dag. Omgerekend naar hooi is dit ongeveer 1,5 kg hooi per 100 kg paard en omgerekend naar voordroog varieert dit van 1,5-2 kg per 100 kg paard (voordroog is vaak wat natter). Dit levert niet perse voldoende energie en eiwit. Daarvoor kan je nog meer hooi of voordroog voeren of eventueel krachtvoer.
Laat het paard niet op grasland staan waar het gras korter is dan 5 centimeter. Paarden eten door en trekken desnoods de wortels uit de grond. Zo krijgt het paard teveel zand binnen en gaat de grasmat kapot. Zet het korte gras af en voer in ieder geval hooi bij. Het beste is om het paard uit het weiland te halen en het gras rust te geven.
Zorg voor een gezonde kwaliteit hooi of voordroog, dus zonder zand en schimmel!
Voer nooit het hooi op het zand. Doe het hooi in een grote (diepe) bak waar ze het hooi niet uit kunnen gooien. Zet de hooibak in de paddock op rubberen matten of een betonplaat én houdt deze schoon! Hooinetten kunnen eventueel ook boven een rubberen mat hangen. Een nadeel van hooinetten kan zijn dat het paard teveel in een verkeerde houding moeten buigen en trekken om het hooi eruit te krijgen.
Zandverwijderaars
Als er een probleem is, komen er altijd oplossingen op de markt. Zo ook voor het zandprobleem. De oplossing is om met een supplement het zand uit de darmen te verwijderen. Psyllium bevat een vezel die zeer veel water kan opnemen. Het zwelt dus erg op. In de darmen kan deze zwelling de darmbewegingen stimuleren. Zo kan het voer sneller door het paard heen gaan en weer naar buiten komen. Deze “stroming” kan ook zand meenemen. Zal het water ook zand in de vezel opnemen? Dat is twijfelachtig. Zal deze toegenomen stroming door de darmen ook het zand meenemen dat al uitgezakt onderin de darmen ligt? Ook dat is twijfelachtig.
Dierenartsen gebruiken bij paarden met zandkoliek een combinatie van een hoge dosering psyllium samen met paraffine olie enkele dagen achter elkaar. Dit is dus een therapeutische behandeling. Als preventief middel kan psyllium wel wat zand mee naar buiten nemen, mits de dosering hoog genoeg is en je het een dag of vier achter elkaar geeft. Anders is de zwelling van de psylliumvezels niet effectief. En dus zonde van het geld.
Maar het beste preventieve middel is hooi! Is de darmflora ongezond en zijn de mestballen niet mooi rond en glad, dan zijn er met het toevoegen van andere type vezels, bijvoorbeeld bietenpulp, verbeteringen te krijgen en ook dat helpt om het zand niet tot een probleem te laten leiden.
Behandelen en herhaling voorkomen
Denk bij regelmatige diarree klachten, mestwateren, vage koliekveschijnselen, maar ook bij wat vermagering aan zand. Maar feitelijk ben je dan al wat te laat 😕… Het is moeilijk aan de buitenkant te beoordelen hoe ernstig het is en hoeveel zand er aanwezig is. De handschoentest (mestballen in water mengen en ophangen in plastic handschoen) zegt wel wat natuurlijk, maar ook de uitscheiding in de mest is niet altijd representatief voor de darminhoud. Probeer de darmflora te optimaliseren, maar bespreek andere maatregelen met je dierenarts. Zorg na verbetering dat het paard kan eten zonder dat er teveel zand meekomt en dat het paard voldoende gezond ruwvoer krijgt.
Meer lezen?
Wil je meer weten over zand en de relatie met koliek en diarree? Lees dan deze uitgebreide en interessante artikelen! Over koliek en terugkerende koliek bij het paard en diarree bij paarden.