Elke fokker hoopt natuurlijk op een gezond veulen dat goed gebouwd is. Helaas is dit niet altijd het geval en wordt er soms al in het vroege leven van een veulen veel inspanning van eigenaar en dierenarts gevraagd. Neonatologie staat voor kennis van ziekten en behandeling van de pasgeborene. Een ziek- of vroeggeboren veulentje is niet te vergelijken met een ziek volwassen paard en vraagt dan ook om een specifieke behandeling en intensieve zorg van een (team van) dierenarts(en).
In dit artikel lees je meer over neonatologie
Wanneer is het veulen gezond?
Nadat een gezond veulen geboren is, heeft het direct een opricht- en zuigreflex en zal het binnen 1 à 2 uur op eigen benen gaan staan. Binnen 2 à 4 uur begint het veulen te zoeken naar de uier van de merrie en gaat drinken. Vervolgens zal het veulen binnen 8 uur voor het eerst plassen en moet de eerste mest (meconium) binnen 12 à 24 uur gepasseerd zijn.
Prematuur, te vroeg geboren
Een normale dracht duurt tussen de 320 en 360 dagen en verschilt per merrie. Wanneer een veulen eerder dan 320 dagen dracht geboren wordt, noemt men dit een prematuur veulen.
Symptomen prematuur veulen
Het uiterlijk, het gedrag, de houding en de beweging geven een goede indruk voor het al dan niet voldragen zijn van een veulen. Een prematuur (te vroeg geboren) veulen is lichamelijk nog niet volledig ontwikkeld en te herkennen aan een korte en zijdeachtige vacht. Ook manen en staart zijn korter dan normaal. Opvallend zijn de slappe oren (floppy ears). De tong en slijmvliezen van een prematuur veulen zijn vaak felrood. Een gezond veulen toont direct een zuigreflex, bij een prematuur veulen is deze reflex vaak verzwakt of zelfs afwezig. De spiermassa is vaak weinig ontwikkeld en het veulen heeft een te laag geboortegewicht. De pezen en gewrichten zijn vaak slap waardoor het veulen als het kan staan een doorgezakte stand heeft.
Ook de longen zijn veelal onvoldoende ontwikkeld alsmede het maagdarmkanaal. Een te vroeg geboren veulen heeft vaak moeite met het regelen van de eigen lichaamstemperatuur en koelt daardoor gemakkelijk af.
Dysmatuur
Wanneer een veulen na een draagtijd van meer dan 320 dagen geboren wordt maar toch onderontwikkeld is, noemt men dit dysmatuur. Veelal is de oorzaak van een dysmatuur veulen ziekte van de moeder tijdens de dracht. Bijvoorbeeld ontsteking van de placenta (nageboorte). Ook een slechte voedingsconditie van de moeder kan een onderontwikkeld veulen opleveren. De symptomen van een dysmatuur veulen lijken op die van een prematuur veulen.
Behandeling van een prematuur of dysmatuur veulen
Zowel een prematuur als dysmatuur veulen vraagt een intensieve zorg van een (team van) dierenarts(en) en de eigenaar. De eerste 24 tot 48 uur zijn vaak cruciaal voor het veulen. Het is dus erg belangrijk dat de dierenarts gebeld wordt zodra je twijfelt over de gezondheid van het veulen. Het is meestal noodzakelijk om het veulen onder kliniek omstandigheden te behandelen.
Asphyxie syndroom
Dit wordt veroorzaakt door zuurstoftekort tijdens en/of vlak na de geboorte. Een veulen met het asphyxie syndroom, ook wel een dummy genoemd, vertoont meestal in eerste instantie normaal gedrag en een terugval is te verwachten binnen 48-72 uur. Oorzaak hiervoor kan bijvoorbeeld zijn dat de merrie een problematische bevalling heeft gehad of de placenta te vroeg heeft losgelaten waardoor het veulen een zuurstoftekort heeft opgelopen.
Bekijk deze prachtige 3d animatie (trailer) van Universiteit Gent
over de geboorte van een veulen en de problemen die daar soms bij komen kijken:
Enkele symptomen van een veulen met het asphyxie syndroom zijn:
- Slaperigheid
- Ataxie, slechte coördinatie
- Algehele zwakte
- Desinteresse in de moeder
- Afwezigheid van zuigreflex
- Moeite met staan, veel liggen
- Doelloos rondlopen
- Blaffende geluiden (barker)
- Epileptische aanvallen
Behandeling van een veulen met het asphyxie syndroom
Ook voor een dummy veulen geldt dat er zo snel mogelijk met de behandeling gestart moet worden en dat deze vaak in een kliniek plaats moet vinden. De prognose van deze veulens is redelijk.
Sepsis
Sepsis is de belangrijkste oorzaak van sterfte in de eerste levensweken. Het is een bloedvergiftiging die wordt veroorzaakt door bacteriën. Een pasgeboren veulen is extra gevoelig voor allerlei infecties. Na de geboorte wordt het veulen direct blootgesteld aan allerlei bacteriën en virussen. Vooral via navel, darmstelsel en luchtwegen kunnen ziektekiemen binnen komen.
Om voldoende antilichamen binnen te krijgen tegen bacteriën en virussen, is het belangrijk dat het veulen binnen een paar uur gaat drinken en biest van de moeder binnen krijgt. Biest is de eerste melk die de merrie geeft en dit bevat antistoffen van de merrie. Deze antistoffen beschermen het veulen tegen bacteriën en virussen. De eerste 12 tot 24 uur na opname kunnen de antistoffen de darmwand nog passeren, daarna niet meer. Het is dus erg belangrijk dat het veulen zo snel mogelijk voldoende biest drinkt.
Twijfel je of het veulen voldoende biest heeft gedronken of is de biest van slechte kwaliteit (oudere merrie of melk staan lekken), dan kan je dierenarts door middel van een bloedtest kijken of het veulen voldoende antistoffen heeft opgenomen. Is dit niet het geval dan kun je plasma toedienen waar antistoffen in zitten.
Het is van belang om direct na de geboorte de navel goed te ontsmetten. Voordat de navel zich goed sluit, is het een opening waardoor bacteriën gemakkelijk in het lichaam van het veulen kunnen binnendringen. Bij onvoldoende afweerstoffen hiertegen kan een bloedvergiftiging ontwikkelen.
Bij septische polyartritis in de volksmond ook wel ‘veulenziekte’ genoemd, heeft het veulen een bacteriële infectie opgelopen waardoor één of meerdere gewrichten ontstoken zijn. De ontsteking veroorzaakt veel pijn en de gewrichten zijn veelal dik. Het veulen kan moeilijk staan en lopen.
Symptomen bij sepsis
- Diarree
- Algemeen ziek en zwak
- Veel liggen
- Eventuele ontstekingen in de gewrichten, veulen loopt moeilijk
Behandeling van sepsis
Het is ook nu belangrijk dat de behandeling snel gestart wordt. Deze zal bestaan uit het toedienen van antibiotica en ontstekingsremmers. Daarnaast zal het veulen met infusen en voeding ondersteunt worden waar nodig. Bij gewrichtsontsteking zal het vaak nodig zijn om het gewricht te spoelen, dit gebeurt meestal op een kliniek onder anesthesie.
Isoerythrolysis Neonatalis
Deze aandoening staat ook wel bekend als ‘rhesus’ of ‘bloedziekte’. Met het opnemen van de biest krijgt het veulen antistoffen binnen die gericht zijn tegen de eigen rode bloedlichamen van het veulen. Deze antistoffen breken de rode bloedlichamen van het veulen af. De rode bloedlichamen hebben een belangrijke functie; met name het transporteren van zuurstof. Door het afbreken van de rode bloedlichamen komt er dus steeds minder zuurstof bij alle cellen in het lichaam. Zuurstof is op celniveau nodig voor verbranding van voedingstoffen. Logischerwijs gaan alle lichaamsfuncties achteruit en het veulen verzwakt dan ook steeds meer. Door de afbraak van de rode bloedcellen krijgt het veulen geelzucht (neonatale icterus). Hierbij verkleuren de slijmvliezen van zachte roze naar geel.
Oorzaak voor deze bloedziekte is dat de bloedgroep van het veulen en de merrie van elkaar verschillen en de merrie antistoffen aanmaakt tegen de bloedgroep van het veulen. Tijdens de geboorte komen de beide bloedgroepen meestal voor het eerst met elkaar in aanraking. De ziekte ontwikkeld zich vrijwel niet bij het eerste veulen van een bepaalde hengst (die een bepaalde bloedgroep aan het veulen heeft door gegeven), omdat de antistoffen een aantal dagen nodig hebben om zich te vormen. Het veulen heeft dan nog niet of nauwelijks via de biest antistoffen tegen de eigen bloedgroep binnen gekregen en de darmwand heeft zich hierna gesloten voor het passeren van het bloed in de biest. Bij een tweede veulen heeft de moeder reeds antistoffen tegen deze bloedgroep in haar bloed en vanaf de geboorte geeft de merrie dus vrijwel direct antistoffen via de biest af tegen de rode bloedcellen van het veulen. Met afbraak van de rode bloedcellen tot gevolg.
Symptomen Isoerythrolysis Neonatalis
- Veulen is suf en sloom ten gevolge van bloedarmoede
- Slecht drinken
- Snelle ademhaling en pols
- Geelverkleuring van de slijmvliezen (oog en mond)
- Rode/bruine urine
- Snelle verslechtering na eerste symptomen
Behandeling Isoerythrolysis Neonatalis
Direct de dierenarts bellen is erg belangrijk. Het veulen mag per direct niet meer drinken bij de moeder om de opname van antistoffen via de biest te voorkomen. Na ongeveer drie dagen is de barrière in de darmwand van het veulen gesloten. De dierenarts zal indien nodig een bloedtransfusie toedienen van een geschikte donor (meestal een oudere ruin van dezelfde stal waar mogelijk). Het veulen dient meteen onder een intensieve begeleiding van de dierenarts te komen.
Wanneer in een vroeg stadium direct door een dierenarts wordt ingegrepen door middel van een bloedtransfusie, het veulen geen biest meer binnen krijgt van de merrie, maar wel voldoende (kunst)melk, is er een redelijke kans van slagen dat het veulen blijft leven.
Standsafwijkingen
Wanneer een veulen net geboren is staat het vrijwel altijd nog wat wankel op de benen. Vaak zakt het veulen nog wat door de kogels en lijkt dan een extreem weke ondervoet te hebben. Ook zijn de voorknieën vaak erg bol en de spronggewrichten niet in een loodrechte lijn met het gehele achterbeen. Gelukkig is dit vrijwel altijd binnen een paar dagen verbeterd, het veulen traint zichzelf natuurlijk en wordt sterker door het vele opstaan en gaan liggen en het rondrennen in de wei. Toch kan het zijn dat het veulen grote afwijkingen heeft aan de stand van (één van) de benen.
Behandeling standsafwijkingen
Aangezien de benige structuur van het veulen nog goed te beïnvloeden is, is het aan te raden in overleg te gaan met een dierenarts en hoefsmid. Bij veulens die op de tenen staan doordat de buigpezen te kort zijn, is het belangrijk om de eerste dag al te overleggen met de dierenarts. De meest gangbare en voorkomende afwijkingen, zoals een bokvoet kunnen goed gecorrigeerd worden door regelmatig te bekappen en/of het aanbrengen van orthopedisch schoentjes/ijzers. In sommige gevallen kan er gekozen worden voor een chirurgische ingreep.
Het leven van het pasgeboren veulen is nog erg kwetsbaar. Wanneer enige twijfel heerst over de gezondheid van het veulen, raadpleeg dan direct een dierenarts. Hoe eerder een behandeling gestart kan worden, hoe groter de kans van overleven is en men kan gaan genieten van een gezond en spelend veulen in de wei.
Tekst in samenwerking met Martsje Bergsma.