Paardenarts
Zoek op aandoening of onderwerp
Leestijd: 6 minuten

Diarree komt regelmatig voor bij paarden. Net als bij mensen is het een teken dat er ergens iets niet goed zit in het lichaam. Dat kan heel onschuldig zijn, maar diarree kan ook een ernstige oorzaak hebben. Hoe dan ook, in alle gevallen is het heel belangrijk dat het paard niet uitdroogt. Zorg er dan ook voor dat het paard voldoende vocht binnenkrijgt en ga samen met de dierenarts op zoek naar de oorzaak van de diarree.

Symptomen van diarree

Paarden met diarree hebben een dunne, waterige of brij-achtige mest en ze mesten vaker en meer dan normaal. Soms komt er eerst dunne mest en dan nog alleen maar een waterachtige vloeistof.

Oorzaken van diarree

Vers drinkwater is erg belangrijk voor een paard met diarree

Het woord diarree is van oorsprong een Grieks woord en betekent ‘doorstromen’. De darminhoud zal het maagdarmkanaal te snel passeren waardoor water en voedingsstoffen minder goed door het lichaam opgenomen worden. Dit kan komen doordat de beweeglijkheid (motiliteit) van het maagdarmkanaal verhoogd is, doordat het wateropnemend vermogen van de darm verminderd is of doordat er verhoogde afgifte van vocht en electrolyten in de darm plaatsvindt.

De oorzaken van diarree bij het paard variëren in ernst van mild tot levensbedreigend.

Wat de oorzaak ook is, het paard verliest vocht en voedingsstoffen waardoor zijn lichamelijke toestand (snel) achteruit kan gaan. Het is dan ook zaak de oorzaak te vinden, want alleen dan kan diarree op de juiste manier behandeld worden.

 

Regelmatig voorkomende oorzaken van diarree zijn:

Zand

Foto (Iris van Gulik): zand in de mest.

Paarden die veel op een schrale wei of in een paddock lopen, kunnen veel zand opnemen. Normaal gesproken wordt zand vlot afgevoerd door het darmkanaal, maar als de motiliteit van de darm afneemt of de opname hoog is, kan het zich ophopen in de blinde of dikke darm. Het paard kan dan diarree en/of koliek krijgen. Bij deze paarden zie je vaak brijige mest of een natte staart, ze zijn meestal niet echt ziek.

Je kunt zelf controleren of je paard te veel zand heeft opgenomen door mestballetjes op te lossen in een bak met water of een lange handschoen. Het zand zal naar de bodem zakken. Er mag maar een klein beetje zand aanwezig zijn in de mest. Het belangrijkste is om zandopname te voorkomen; paarden niet te voeren vanaf het zand maar uit een bak of stenen ondergrond en door paarden niet op een te schrale wei te laten lopen.

Voeding

Door het eten van bijvoorbeeld jong gras kunnen paarden diarree krijgen. Vaak gebeurt dit als de paarden, na een winter zonder weidegang, in het voorjaar weer de wei in gaan. Het jonge voorjaarsgras verstoort de darmflora wat diarree tot gevolg kan hebben. Zodra het rantsoen weer is aangepast of het paard aan de nieuwe situatie gewend is, zal de diarree meestal vanzelf overgaan. Beschimmeld en bedorven voer kan ook diarree veroorzaken evenals plotselinge veranderingen van voer. De normale darmflora van een paard is een evenwicht van verschillende bacteriën die aangepast zijn aan het soort voer dat het paard moet verteren. Bij een voerverandering moet de darmflora zich aanpassen voor een optimale vertering. Geleidelijk overschakelen op ander voer is het advies.

Gebitsproblemen

Een paard met een slecht gebit (haken of diastasen) kan zijn voer niet voldoende kauwen. Doordat er veel grove stukken voer in de darm komen kan dit leiden tot diarree. Vaak zie je onverteerde mest met veel water en een natte staart.

Stress

Sommige paarden zijn gevoelig voor stress en raken bijvoorbeeld op concours of tijdens transport aan de diarree. Dit is een reflex die wordt veroorzaakt door het zenuwstelsel.

Worminfectie

Een worminfectie die diarree veroorzaakt komt vooral voor bij  jonge opgroeiende paarden. Meestal wordt dit veroorzaakt door de rode bloedworm, cyathostominose genoemd. De paarden zijn vaak ernstig ziek met waterdunne diarree en kunnen binnen een aantal dagen hard achteruit gaan. Intensieve therapie met infuus is vaak noodzakelijk.

Elk paard heeft wormen. De meeste wormen veroorzaken echter pas problemen als ze in grote hoeveelheden aanwezig zijn. In het geval van de rode bloedworm kunnen de beschadigingen, die zij aanbrengen aan de darmwand, tot diarree leiden. Een mest- en/of bloedonderzoek kan aantonen of het paard een wormbesmetting heeft. Ook hier geldt voorkomen is beter dan genezen. Zorg dat je regelmatig mestonderzoek doet (vergeet in de zomer de  opfokpaarden op de wei niet!) en ontworm wanneer het nodig is.

De Salmonella-bacterie

Salmonella is de meest voorkomende infectieuze oorzaak van diaree bij paarden. Een besmetting met de Salmonella-bacterie kan compleet verschillende gevolgen hebben. Sommige paarden zijn alleen maar drager van de bacterie en hebben nergens last van, terwijl andere eraan overlijden. Paarden zijn er vooral gevoelig voor als ze een verminderde weerstand hebben. Vaak zien we een Salmonella infectie in combinatie met een worminfectie en/of zand. Salmonella kan zeer gevaarlijk en levensbedreigend zijn. Het paard kan dan ernstige waterdunne diarree, koorts en/of bloedvergiftiging krijgen. In deze gevallen is een intensieve behandeling met infusen noodzakelijk.

Salmonella is een zoönose, een ziekte die overgedragen kan worden van dier op mens. Strikte hygiëne is dus erg belangrijk.

Colitis X

Colitis X is een acute ernstige darmontsteking, waarvan de exacte oorzaak niet bekend is. Het kan worden veroorzaakt door stress, langdurig antibiotica gebruik of een verandering van voer. Het toegenomen aantal bacteriën zal gifstoffen produceren waardoor het paard acute diarree en koorts kan krijgen. Colitis X is zeer gevaarlijk en levensbedreigend voor het paard. Het paard kan in shock raken en zelfs overlijden.

Oorzaken van diarree bij het veulen

Veulenhengstigheidsdiarree

Vrijwel alle veulentjes krijgen rond de veulenhengstigsheid diarree. Dit is een (meestal) ongevaarlijke vorm van diarree die binnen de eerste twee weken na de geboorte kan ontstaan. Vroeger dacht men dat dit kwam door hormonale veranderingen bij de merrie, maar ook moederloze veulens krijgen diarree. Het veulen begint rond deze periode een eigen darmflora op te bouwen en start daarbij instinctief met het eten van vast voedsel en het eten van de ontlasting van de moeder. De darmflora verandert hierdoor, waardoor het veulen diarree kan krijgen. Het veulen heeft geen koorts, blijft fit en de diarree is niet besmettelijk. De behandeling van veulenhengstigheidsdiarree hangt af van de ernst, oorzaak en tijdsduur van de kwaal. In veel gevallen zal de diarree vanzelf overgaan en zal het toedienen van medicatie niet noodzakelijk zijn.

Virussen

Virussen zoals het Rotavirus en het Corona virus kunnen diarree bij het veulen veroorzaken. Dit treedt vooral bij jonge veulens op. Het kan variëren van zeer milde tot ernstige waterige diarree met dehydratie. Het is erg besmettelijk voor andere veulens.

Strongyloides westeri (veulenworm)

Ziekteverschijnselen door de veulenworm zien we soms bij jonge veulens. Ze hebben diarree, zijn suf en willen geen melk drinken. Alleen als de worm in grote aantallen voorkomt, kan deze diarree veroorzaken. Met mestonderzoek kunnen we de wormeitjes aantonen.

Rhodococcus Equi

De Rhodococcus Equi bacterie veroorzaakt meestal een longontsteking maar in sommige gevallen kan ook ernstige diarree ontstaan bij veulens. Een infectie met de Rhodococcus Equi bacterie is ernstig en moet behandeld worden met speciale antibiotica.

Lawsonia intracellularis

Lawsonia intracellularis is een bacterie die vroeger incidenteel voorkwam, maar sinds de eeuwwisseling steeds vaker voorkomt. Vooral veulens en jonge paarden kunnen last hebben van deze bacterie, omdat deze een ontsteking kan veroorzaken in het laatste deel van de dunne darm (equine proliferatieve enteropathie, kort: EPE). Klinische symptomen die kenmerkend zijn voor deze infectie zijn: vermageren, sloomheid, ventraal oedeem (vocht onder de buik), koorts en eventueel diarree en koliek. De diagnose kan worden gesteld door het maken van een buikecho en het doen van mest- en bloedonderzoek  De behandeling van EPE bestaat uit het toedienen van antibiotica, soms in combinatie met ondersteunende therapie.

Behandeling van diarree

Afb. 7: Paard met ernstige diarree krijgt vloeistof via een infuus

Het allerbelangrijkste in de behandeling van een paard met diarree is ervoor te zorgen dat het dier niet uitdroogt. Aan een paard met ernstige diarree zullen infusen met vloeistof worden toegediend. Een correctie van de zuur-base balans en electrolyten verhouding kan noodzakelijk zijn. Aan de hand van bloedonderzoek wordt bepaald wat het paard nodig heeft. Ernstige gevallen kunnen erg gecompliceerd zijn waardoor kliniekopname wenselijk is. De rest van de behandeling is afhankelijk van de oorzaak van de diarree.

  • Antibiotica kan toegediend worden als een bacterie de oorzaak is van de diarree.
  • Ontstekingsremmers worden soms voorgeschreven om de ontstekingsreactie in de darm te verminderen.
  • De dierenarts zal middelen met een absorberend vermogen voorschrijven als er bepaalde stoffen het maagdarmkanaal uit moeten. Deze stoffen zullen zich aan het absorberende middel hechten en daarmee het maagdarmkanaal verlaten.
  • Middelen met een beschermend effect op de slijmlaag van de darm zullen worden voorgeschreven als de slijmlaag aangetast is.
  • Een andere mogelijke behandelwijze wordt transfauneren genoemd. Hierbij worden de goede bacteriën van een gezond paard met behulp van een maagsonde in de maag van het zieke paard geplaatst. Dit om het verstoorde evenwicht tussen de goede en slechte bacteriën in het maagdarmkanaal weer te herstellen.

Preventie

  • Diarree kan lang niet altijd voorkomen worden, maar door logisch na te denken en enkele voorzorgsmaatregelen te nemen, kan de kans op het ontstaan van diarree wel verkleind worden.
  • Zorg bijvoorbeeld dat je de mest van je paard regelmatig op zand controleert, dat je voerveranderingen geleidelijk doorvoert en geen beschimmeld of muf ruikend voer voert. Dit geldt voor zowel kracht- als ruwvoer.
  • Laat je paard niet te lang grazen in een weiland met jong gras en controleer de omgeving van de stal en de wei op de aanwezigheid van giftige planten en/of bomen. Verwijder deze!
  • Probeer stress zoveel mogelijk te voorkomen en laat de dierenarts regelmatig een mestonderzoek doen zodat je tijdig kunt ontwormen als dat nodig is.
  • Indien een paard diarree heeft door een infectieuze oorzaak is het zeer belangrijk om het dier te isoleren zodat verspreiding wordt voorkomen.

Tekst in samenwerking met Dinette Neuteboom

Chipnummer zoeken

Vul het chipnummer in en vind de gegevens bij het paard.
Meer info

Gerelateerde rubrieken

Onze partners

boehringer-ingelheim-logo donkergroen
Zoetis_logo
Dumea Onderzoek & Advies logo
Hippo Horse Insurance -logo
Hay to You logo