Chirurgie

Chirurgie: een kijkje in de operatiekamer. Een operatie aan uw paard is voor u altijd een spannende gebeurtenis. Mocht het nodig zijn dat uw paard geopereerd wordt, dan is het fijn dat u precies weet hoe dit verloopt. Hieronder geven wij uitleg over de procedure in de operatiekamer.

Voordat een paard onder volledige narcose gaat voor een operatie, wordt het paard goed onderzocht. Dit noemen wij het pre-anesthetisch onderzoek. Hierbij kijken wij of het paard niet ziek is en of het veilig is om onder narcose te gaan. Indien nodig krijgt het paard voor de operatie antibiotica en pijnstilling toegediend

Om het “onder anesthesie” brengen en het weer wakker worden, zo veilig mogelijk te laten verlopen, beschikken wij over een mooie recoverybox. De wanden van deze box zijn bekleed met zachte matten, waardoor paarden zich niet kunnen beschadigen. Nadat het paard een lichte verdoving heeft gekregen, wordt hij in de recoverybox tussen twee stevige wanden neergezet. Het paard krijgt via de katheter in het bloedvat een narcosemiddel toegediend. Na ongeveer een minuut zakt het dier rustig door de benen en wordt met een takel op de operatietafel neergelegd.

Op de operatietafel wordt het paard aan de beademingsmachine gekoppeld en krijgt het paard een infuus toegediend. De hartmonitor wordt aangesloten en indien nodig de bloeddrukmeter. Zo kunnen de vitale functies van het paard goed bewaakt worden tijdens de narcose.

Om wondinfectie te voorkomen, moet alles rondom de operatie goed voorbereid worden. Eerst wordt het te opereren gebied geschoren en daarna goed gewassen. Met behulp van alcohol wordt het steriel gemaakt. Daarna wordt het gebied afgedekt met steriele doeken. De chirurg zet een haarnetje en een mondkapje op, wast en ontsmet de handen en trekt een operatiejas en steriele handschoenen aan. Nadat de steriele instrumenten zijn uitgepakt, zijn we klaar om met de operatie te beginnen.

De liggende castratie “over de lies” vindt plaats onder volledige narcose op tafel. In tegenstelling tot een staande castratie, kan hierbij steriel gewerkt worden en worden de wonden gesloten. Hierdoor is er veel minder kans op complicaties en kunnen de paarden snel weer getraind worden.

Klophengsten hebben één of beide testikels niet in de balzak zitten, maar in de buik of hoog in de lies. Deze bal wordt via het lieskanaal uit de buik gehaald.

Veel veulens hebben een kleine navelbreuk bij de geboorte, meestal sluit deze binnen enkele maanden vanzelf. Bij een navelbreuk die op een leeftijd van 5-6 maanden nog niet dicht is gegaan, is een operatie noodzakelijk. De huid rond de breukzak wordt los gemaakt, waarna de breukzak terug in de buik wordt gestopt. De randen worden met een aantal stevige hechtingen aan elkaar gezet, waardoor de breuk wordt gesloten. Daarna wordt de huid onderhuids gesloten.

Bij veulens met een bokvoetje dat niet verbeterd door bekappen, is het doorsnijden van een peesje (check ligament) de eerste keus. Hierbij wordt een klein sneetje in de huid gemaakt aan de zijkant van de pezen. Het peesje wordt opgezocht en doorgesneden. Vaak wordt er meteen ook een speciaal ijzertje aangebracht met een verlengde toon, zodat het voetje door treedt. Het doorsnijden van het peesje heeft geen invloed op het gebruik als sportpaard later.

Als een veulentje kromme benen heeft en de afwijking te erg is om zelf te corrigeren, of niet voldoende reageert op corrigerende maatregelen zoals bekappen of spalken, is chirurgie een optie. Ter hoogte van de groeischijf worden groeibevorderende (het zogenaamde strippen van het botvlies) of groeivertragende operaties uitgevoerd.

Als wonden te ernstig zijn om bij het staande paard te hechten, wordt het paard op tafel geopereerd. Het grote voordeel is dat alles goed en veilig te inspecteren en te behandelen is. De wond wordt netjes opgefrist door al het kapotte en niet levensvatbare weefsel voorzichtig te verwijderen. Mocht een gewricht bij de verwonding betrokken zijn dan wordt deze gespoeld met steriele vloeistof. Daarna wordt de wond in verschillende lagen gesloten, als er kans is op veel wondvocht, wordt er een drain in het laagste punt van de wond geplaatst. Zit de wond op een bewegelijke plaats, bijvoorbeeld op het kogel gewricht, dan wordt het been in het gips gezet.
Bij oude, slecht genezende wonden is het mogelijk om een huidtransplantatie uit te voeren.

Door middel van een kijkoperatie in het gewricht worden losse botstukjes, de zogenaamde OCD, uit een gewricht verwijderd. Er worden twee kleine sneetjes in de huid gemaakt. Via het ene sneetje gaat een buisje met een camera naar binnen. Via het andere sneetje kan een klein instrument naar binnen worden gebracht. Met de camera wordt het losse botstukje in beeld gebracht, waarna het met een tangetje uit het gewricht gehaald kan worden. Daarna worden de gaatjes met twee hechtingen gesloten en krijgt het paard een verband om het been.

Na de operatie wordt het paard in de recoverybox gelegd. Hier kan het paard rustig wakker worden en weer opstaan. Het paard is meestal 30 minuten na de operatie weer in de benen en kan weer terug op stal gezet worden. Na de meeste operaties blijven de paarden enkele dagen bij ons op stal staan voor de nazorg.